Skip to main content

75 jaar geleden: begin Proces van Neurenberg

25 oktober 2021
A. Vrieler
Kort na de capitulatie van Nazi-Duitsland sloegen de Geallieerde machten de handen ineen om de hoogste nog levende nazikopstukken strafrechtelijk te vervolgen. Nooit eerder was het voorgekomen dat grootmachten hun overwonnen vijanden toevertrouwden aan een onafhankelijke rechter.

De beslissing van de nog altijd rivaliserende Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Sovjet-Unie om een proces van dergelijke schaal te starten, was dan ook historisch. In de woorden van de Amerikaanse strafpleiter Robert H. Jackson, op de tweede dag van het proces: 

"De misdaden die we veroordeeld en gestraft willen zien waren zo berekend, zo kwaadaardig en zo vernietigend, dat de beschaving het vergeten ervan niet mag tolereren, omdat het een herhaling niet zou kunnen overleven. Dat de vier grote naties, gloeiend van overwinning doch geraakt door verwonding, zich onthouden van wraak en hun vijanden uit eigen wil overleveren aan het oordeel van de wet, is een van de grootste eerbetonen die macht ooit heeft geleverd aan de Rede.

Menig historicus en rechtsgeleerde is het erover eens dat zonder het Proces van Neurenberg, het Internationaal Strafhof, het Joegoslavië-Tribunaal en het Rwandatribunaal niet mogelijk waren geweest. Het één jaar durende eerste proces, tegen 24 nazikopstukken, beïnvloedden echter om meerdere redenen het verloop van de geschiedenis. 

Historische significantie

Daags na de Tweede Wereldoorlog, en daarmee het einde van de Holocaust, konden vele Europeanen nog niet bevatten dat het 'geciviliseerde' Duitsland in staat was de gruwelen te bewerkstelligen die in de aanstaande jaren steeds meer aan het licht zouden komen. Vele Duitsers zagen de processen, ondanks hun historische significantie zoals beschreven door Jackson, als een partijdige afrekening door de Geallieerden - toen nog militaire bezetters van zowel Oost- als West-Duitsland. 

Toen Konrad Adenauer in 1949 de eesrte Bondskanselier van West-Duitsland werd, was zijn beleid ten aanzien van het naziverleden: "Vergeben und Vergessen." Voormalig naziofficieren waren weer welkom in de regering en ambtenarij, zolang ze openlijke nazisympathieën buiten de deur lieten. Deze houding was populair in het land, waar tenslotte velen een paar jaar eerder nog het naziregime ondersteunden. 

Historicus Efraim Zuroff van het Simon Wiesenthal Center, die daders van de Holocaust voor het recht slepen, vindt dat de Duitse politiek en samenleving langzame, maar uiteindelijk grote stappen heeft gezet om haar verleden onder ogen te zien. "We zijn lichtjaren verwijderd van de 60er en 70er jaren wat betreft kennis van de Holocaust, gevoeligheid voor dat verleden en begrip van de verschrikkingen ervan."

Zuroff, een van de belangrijkste nazi-jagers van het Wiesenthal Centrum, gaf een uitgebreid interview van zijn werk in Deutsche Welle. Hij is regelmatig een van de sprekers tijdens het seminar voor docenten geschiedenis en maatschappijleer in Yad Vashem dat jaarlijks wordt georganiseerd door CIDI.

Deel dit artikel